| ||||||||||||||||||||||||
ASV 4 draait bovenin mee en SMB 3 vecht tegen degradatie. Met 3 invallers hadden we gemiddeld per bord een achterstand van 70 elo punten. De ingrediënten voor een te verwachten dikke nederlaag. Toch voelden we ons vooraf zeker niet kansloos. Nadat we door onze gastheren uit Arnhem vriendelijk waren ontvangen, nestelden we ons achter de borden. Na een uur groeide ons optimisme. We stonden opgeteld gewoon beter. Peter Schut was door een fout van zijn tegenstander een toren voorgekomen. We telden ons eerste punt al. Echter zijn tegenstander wist van geen ophouden en Peter zocht met de grootst mogelijke zorgvuldigheid naar de winst. Uiteindelijk was deze partij als laatste klaar met een dik verdient punt voor ons. Paul Waenink kwam in een stelling terecht die hem wel beviel. Beetje tactisch en wat onoverzichtelijk. Hij voelde zich er goed in thuis. Al vroeg in de middag kon ook hij zijn punt aantekenen. Hans Eshuis liep echter stuk tegen een solide tegenstander en verloor. Ondergetekende mocht van geluk spreken. Na een vertrouwde opening zorgden een tweetal onnauwkeurige zetten voor een mindere stelling. Vervolgens bood ondergetekende maar eens remise aan. Dat werd echter tot mijn verrassing geaccepteerd. Jeroen Clermonts zag al zijn pogingen om tot winst te komen stranden. Aangezien hij ook niets weggaf werd tot remise besloten. Jan Bardie kwam goed uit de opening. Hij stond lange tijd goed. Hij zag vervolgens echter iets ernstigs over het hoofd en verloor. Christ Verstegen stond de hele partij prettig. We dachten met velen dat hij een gewonnen eindspel inging. Het was de sleutelpartij die van groot belang was voor de totaaluitslag. Het bleek dat hij wel beter stond maar uiteindelijk niet gewonnen. Met allebei een toren en Christ drie pionnen en zijn tegenstander twee was het potremise. Dat was bijzonder jammer omdat we nu afhankelijk waren van de laatste partij die voor ons zeker minder stond. Désiré Fassaert was nog wel aardig uit de opening gekomen. Een pion verlies gooide echter flink roet in het eten. Wat resteerde was een niet te verdedigen eindspel.
| ||||||||||||||||||||||||