| 1. |
| Niek van Diepen |
| (1834) |
| Hans van Leeuwen |
| (1720) |
| 0-1 |
|
2. |
| Jorg Benningshof |
| (1869) |
| Guus Alberts |
| (1723) |
| 1-0 |
|
3. |
| Ton van Dijk |
| (1870) |
| Fred van den Berg |
| (1816) |
| ½-½ |
|
4. |
| Huub Blom |
| (1676) |
| Eric de Ridder |
| (1739) |
| 0-1 |
|
5. |
| Pierre de Leeuw |
| (1695) |
| Jelmer Wedholm |
| (1727) |
| ½-½ |
|
6. |
| Sjim Jonkmans |
| (1616) |
| Huub Jansen |
| (1744) |
| 1-0 |
|
7. |
| Harry Smits |
| (1648) |
| Peter van den Berg |
| (1682) |
| 0-1 |
|
8. |
| Hans van de Ende |
| (1563) |
| Valentijn Phijffer |
| (1712) |
| 1-0 |
Door op donderdag 15 januari gelijk te spelen tegen Mook 1 is SMB 2 nagenoeg uitgeschakeld voor het kampioenschap in poule 2c. De titel gaat hoogstwaarschijnlijk naar UVS 3, maar Mook 1 en ASV 7 maken ook nog kans, ook al omdat deze teams nog tegen elkaar moeten spelen. SMB 2 staat nu achter deze teams op de 4e plaats met 5 matchpunten na vier rondes.
Tot op het laatst mocht SMB 2 hopen op een overwinning, maar uiteindelijk ging de laatste partij die nog bezig was toch naar Mook. Overwinningen waren er voor Peter van den Berg, Eric de Ridder en ondergetekende, Fred en Jelmer speelden remise, en Guus, Huub en Valentijn verloren hun partij. Enkele partijen worden hieronder nader belicht.
 | | Stelling na 20.Lg3 |
| |
|
Bord 1 (Hans van Leeuwen, wit)
(zie diagram links) Zwart speelde nu 20... d4?, wat wit alleen maar helpt bij het activeren van diens stukken. Er volgde 21.cxd4 Lxb3? (ik vermoedde al dat wit compensatie zou krijgen als zwart dit zou spelen, maar had nog niet door dat dit zo'n beetje gelijk verliest: zwarts gehele stelling bleek op deze loper te steunen) 22. axb3 exd4?
|
 | | Stelling na 22.Lg4! |
| |
|
22. Lg4! (zie diagram links). Deze tussenzet had zwart over het hoofd gezien. De toren op c8 wordt tot passiviteit gedwongen en er dreigt daarna Lg3-c7, waarmee ook de andere toren een veilig heenkomen moet zoeken en in ieder geval de d-lijn moet verlaten. Zwart wilde dit begrijpelijkerwijs niet over zich heen laten komen en besloot de kwaliteit te geven en compensatie te zoeken in het doorslaan met de pion 22... dxe3?, maar na 23.Lxc8 exf2+ 24. Lxf2 24.Txc8 ontstond er stelling die als vanzelf speelde voor wit (met onder meer niet te voorkomen verdubbeling van torens op 7e rij) en die uiteindelijk niet zo moeilijk bleek om te winnen.
|
 | | Stelling na 15.c3 |
| |
|
Bord 4 (Eric de Ridder, zwart)
"Ik speelde aan bord 4 met zwart tegen de sympathieke competitieleider van de OSBO, Huub Blom. In een zijvariant van de klassieke Caro-Kann kwam de volgende stelling op het bord. Huub heeft zojuist 15.c3 gespeeld (zie diagram links), waarna ik het initiatief neem met 15... Pg4! Zwart dreigt nu te slaan op h2 of een paardvork op e3. 16.Th5 Pdf6 (op 16... Pe3 heeft Wit 17.Dd3) 17.Th3 Pe4 (een mooi gezicht) 18.Dc2 Tae8 19.Tf1? Een blunder, waarna Wit de kwaliteit verliest. Na 19.Ld3 f5 20.Tf1 staat Zwart slechts iets beter. 19... Pg5! 20.Tff3 (20.Tg3 Pe3 21.Txe3 Txe3 verliest ook een kwaliteit) 20... Pxf3 21.gxf3 Pf6. Zwart staat een kwaliteit voor, terwijl de witte koning onveilig staat. Dit wist ik eenvoudig te winnen, negen zetten later al gaf Huub op."
|
Bord 5 (Jelmer Wedholm, wit)
"Na een spectaculaire opening ruilde ik de dames af en toen de rook was opgetrokken bleek dat ik twee pionnen voorstond. Ik zat echter wel met twee hele lelijke geïsoleerde pionnen op d2 en d4. Daarnaast had ik een enorme ontwikkelingsachterstand. Mijn tegenstander timmerde zijn positie goed dicht en ik wist mijn voordeel niet uit te buiten. Veel stukken werden geruild en we belandden in een totaal remise stelling, die ik na aanvankelijk te weigeren toch maar accepteerde."
Bord 6 (Huub Jansen, zwart)
"In een partij die een Nimzo-Indische opening kende, viel mij (met de zwarten) op dat mijn tegenstander de partij erg voorzichtig opzette. Ik stuurde aan op snelle ontwikkeling en spel in het centrum, door druk op en bezetting van veld e4, zoals gebruikelijk in de Nimzo. Dat ging allemaal vrij aardig, mijn tegenstander leek niet veel tegenspel te hebben. Ik dacht na over een zeer direct plan van aanpak tegen de ongerokeerde witte koning. De Mokenaar ontketende inmiddels een actie op de damevleugel die ik eerst goed opving en toen qua gevaar enigszins overschatte. Een onvoorzichtigheid kostte me een volle pion en daarna kwamen de figuren van wit als bij toverslag tot leven. Van het een kwam het ander en nog weer een andere, tamelijk cruciale, pion verdween. Mijn stukken, goed opgesteld voor de koningsaanval, bleken erg onhandig te staan voor verdedigende manoeuvres. Mijn tegenstander zag de genadeklap niet en wikkelde af, naar een glad gewonnen eindspel - dat wel. Enig tegenspartelen leidde wel tot nadenken aan de overkant van het bord, maar verlies was onvermijdelijk. Na de mokerslag was ik vooral blij dat ik van de partij af was."
 | | Stelling na 41... Ke7? |
| |
|
Bord 7 (Peter van den Berg, wit)
"De hele partij stond wit beter maar de beslissende klap werd (nog) niet uitgedeeld. De laatste zet van zwart was een slechte (zie diagram links). Met bijvoorbeeld. 41... Th8 met als mogelijk vervolg 42.a6 Ld7 43.axb7 Tb8 44.Ta1 Txb7 45.Pg2 Le8 had wit er nog voor moeten werken. Nu was na 42.Pxd5+ de weg naar winst niet moeilijk meer. Na nog 13 zetten gaf zwart op."
|
Bord 8 (Valentijn Phijffer, zwart)
"Donderdagavond moest ik tegen mijn oud-leraar Nederlands, Hans van de Ende. Toevallig liep er ook nog een andere leraar van het NSG rond, Geurt Gijssen, leraar wiskunde. Hans en ik kennen elkaar dus al heel lang; ik kan me ook herinneren dat ik bijles van hem heb gehad. Vandaag kreeg ik weer bijles van hem. Ik koos voor het loperpaar maar een dubbelpion (zie diagram links). Hij koos voor loper, paard zonder dubbelpion. Het eindspel was glad gewonnen voor hem. De dubbelpion heeft mij opgebroken."
Hans van Leeuwen
|
|
