|
|
|
Hollands Het Hollands is genoemd naar de Nederlands schaker en schrijver Elias Stein die in 1789 deze zet adviseerde als antwoord op 1.d4. Het idee achter f7-f5 is dat zwart e2-e4 wil voorkomen. Het Hollands werd o.a. door Alexander Alekhine, Bent Larsen, Paul Morphy en Miguel Najdorf gespeeld. Tegenwoordig zie je deze opening nog maar zelden op het hoogste niveau. Wits probleem in het Hollands is dat hij zijn witveldige loper niet naar f5 of g4 kan ontwikkelen. Daarom ontwikkelt hij deze loper zo snel mogelijk naar g2 voordat zwart bezit neemt van de diagonaal a8-h1. Leningrad variant De meest populaire voortzetting. Zwart kiest voor een actieve opstelling, zelfs als hij daarvoor positionele concessies moet doen. Het veld e6 wordt zwak. Wit controleert het veld d5, waardoor hij meer druk kan uitoefenen op het centrum. De sleutelstelling van de Leningrad variant is op het bord verschenen. Zwart bereidt e7-e5 voor en hij wil zijn dame naar de koningsvleugel spelen. Thematisch en het meest gespeeld. Wit voorkomt e7-e5 en hij is klaar om Pd4 en Tb1 te spelen, als ondersteuning van b2-b4. Zwart wil zijn paard naar c7 spelen, vanwaar het enkele belangrijke velden in het centrum controleert. 10... c5 11.dxc6 leidt hetzelfde. Solide. Wit wil zijn loper naar b2 spelen. De witte stukken staan harmonischer, waardoor hij een klein technisch voordeeltje heeft. |