Op 11 december stond onze uitwedstrijd in Apeldoorn op het programma. Een verre reis op een doordeweekse dag is nooit zo leuk. Wouter Dinjens en Lars Kurstjens waren helaas verhinderd. Om 19.45 werden de klokken ingedrukt.
Jeroen had zich veel van zijn partij voorgesteld. Hij speelde tenslotte met wit. Het pakte echter anders uit. Hij kwam gelijk uit de opening in een stellingstype wat hem niet beviel. De onzekerheid sloeg toe. Gretig ging hij dan ook in op het remiseaanbod. Misschien toch iets te vroeg.
Désiré Fassaert kwam al snel vrij gedrukt te staan. Was dat reden om ons zorgen te gaan maken? Helemaal niet. Hij bleek alles onder controle te hebben en slaagde weer met volle overtuiging op zijn specialiteit: remise maken.
Zelf kon ik het verschil deze avond ook niet maken. Na met zwart met voordeel uit de opening te zijn gekomen gaf ik dit voordeel ook even eenvoudig weer weg. Mijn tegenstander bood graag remise aan. Na een foute zet mijnerzijds die niet werd bestraft door mijn opponent werd de vrede getekend.
Daarmee waren we er nog niet met de remises. Huub speelde een opening waarbij hij zijn tegenstander een geïsoleerde centrumpion bezorgde. Het lukt niet echt om druk op die pion te zetten, waarna beiden tot de vierde remise die avond besloten.
De vier resterende partijen zagen er echter veelbelovend uit alhoewel de punten natuurlijk nog wel gescoord moesten worden. Dennis die wat minder (een dubbele a-pion) uit de opening was gekomen won in het middenspel een pion. De vraag was of dit voldoende was voor winst. Met allebei nog een paard en een aantal pionnen was de opdracht voor Dennis duidelijk. Zorg dat je de paarden afruilt en het eindspel is gewonnen. Dit lukte.
Jack had in de loop van de avond zijn voordeel langzaam opgebouwd. Geduldig deed hij zetten waarna hij licht in het voordeel bleef. Het zag er vertrouwenswekkend uit. Zeker omdat hij ook nog een voordeel op de klok had.
Jack Ottenheijm - Frans van Dijk (stand na 29.Dxd6)
Na bv 29...Ld5 moet wit nog hard werken voor het punt. Zwart schiet echter te hulp
met 29...Txd1?? waarna het een stuk makkelijker wordt voor wit. 30.Txd1 Dxe4
31.Tfe1 Pe2+ 31...Dxd5 32.Dxd5 Lxd5 33.Txd4 32.Kh2 Lxd5 33.Dxd5 Df4+ 34.Kh1 De3
35.Df3 en zwart gaf op.
Pieter van Groenestijn - Ferdi Arts (stand na 18.a4)
Een logisch vervolg voor zwart is 18...Tc8 19.Ld2. Verder is misschien ook 18....f5 of
18...Pa6 mogelijk. Wit blijft overigens beter staan. 18...b5? Dit is duidelijk
minder voor zwart. Wit vervolgt logisch met 19.La5 Tc8 20.Tac1 Pa8 21.Txc8 Dxc8
22.Lxb5 Lxb5 23.Dxb5 Db8 24.Dxb8 Txb8 25.Tc1 Actiever dan Tb1. Zwart mag uiteraard
niet nemen op b3 vanwege stukverlies.
Met een gezonde pion voor ging hij het eindspel in. Mijn zorgen over te geringe tijd
voor Pieter waren ongegrond. Soepel werd het eindspel uitgeschoven.
De buit was binnen en de zorgen over de grote tijdnoodfase waarin Jan Willem in terecht was gekomen waren beduidende minder geworden. In werkelijkheid stond hij lange tijd in het voordeel. Van de tijdnood heeft zijn directe omgeving doorgaans meer last dan hijzelf. In het resterende gedeelte gebruikte zijn tegenstander zeeën van tijd met als resultaat mat.
Drie wedstrijden voor SMB 3 leidde tot evenzoveel overwinningen. Alle reden tot tevredenheid maar geen enkele reden tot overmoed.
Op 15 januari wedstrijd nummer vier tegen Ede. De feestdagen zijn een mooie gelegenheid om de hiaten in ons openingsrepertoire te dichten.