|
|
|
Siciliaans Deze zet werd in de 17e eeuw o.a. gespeeld door de Siciliaanse priester Don Pietro Carrera en dit was voor de Britse schaker Jacob Henry Sarratt de reden om deze verdediging het Siciliaans te noemen. Deze zet werd al in 1594 behandeld door Giulio Polerio in zijn boek over het schaken. Het Siciliaans is de populairste opening, waarschijnlijk omdat zwart al direct de stelling uit evenwicht brengt en daardoor vanaf de eerste zet op winst kan spelen. Sveshnikov variant In de jaren 70 van de twintigste eeuw hebben Evgeny Sveshnikov en Gennadi Timoshchenko baanbrekend werk verricht voor deze variant. Voor die tijd heette de variant de Lasker-Pelikan variant. Emanuel Lasker speelde het één keer in zijn match tegen Carl Schlechter en Jorge Pelikan speelde het een paar keer in de jaren 50 van de twintigste eeuw. Zwart accepteert structurele zwaktes in zijn stelling en hij krijgt daarvoor actief stukkenspel en een sterk pionnencentrum. De belangrijkste voortzetting, na alle andere voortzettingen krijgt zwart gemakkelijk gelijk spel. Cheliabinsk variant Zwart heeft een zwakke pionnenstructuur op de koningsvleugel maar dit wordt gecompenseerd door een sterk pionnencentrum, het loperpaar en aanvalskansen over de g-lijn. Novosibirsk variant De moderne variant. Zwart stelt f7-f5 uit om het witte paard op d5 te verwijderen met Pe7. 18.De2 Lb7= Jorge Egger - John Nunn (Manila 1992) |