|
|
|
|
1.
e4
c5
Siciliaans
Deze zet werd in de 17e eeuw o.a. gespeeld door de Siciliaanse priester Don Pietro Carrera en dit was voor de Britse schaker Jacob Henry Sarratt de reden om deze verdediging het Siciliaans te noemen. Deze zet werd al in 1594 behandeld door Giulio Polerio in zijn boek over het schaken. Het Siciliaans is de populairste opening, waarschijnlijk omdat zwart al direct de stelling uit evenwicht brengt en daardoor vanaf de eerste zet op winst kan spelen.
2.
Pf3
d6
3.
d4
cxd4
4.
Pxd4
Pf6
5.
Pc3
e5
Deze zet wordt niet vaak gespeeld omdat het geen goede reputatie heeft. Toch is er geen weerlegging.
6.
Lb5
Pbd7
7.
Pf5
a6
8.
Lxd7
Dxd7
9.
Pe3
Dc6
10.
Dd3
Le6
11.
0-0
g6
12.
Ped5
Lxd5
13.
Pxd5
Pxd5
14.
exd5
Dc7
15.
f4
f5=
Inkjov - Kupreichik (Polanica Zdroj 1981)
| |
|