|
|
|
Spaans Het Spaans is genoemd naar de Spaanse priester Ruy López de Segura. Hij maakte in 1561 een schematische studie van schaakopeningen in zijn boek "Libro del Ajedrez". Daarvoor werd deze opening al behandeld in het Göttingen manuscript van rond 1490. Pas halverwege de 19e eeuw werd het Spaans populair dankzij Carl Jaenisch. Deze zet wordt het meest gespeeld. Zwart wil de witte loper op b5 wegjagen. Gesloten Spaans Wit wil voorkomen dat zwart Lg4 speelt na d4. Zwart heeft nu de keus uit vele varianten wat aantoont dat de positie zeer flexibel is. De partij wordt gekenmerkt door het vele gemanoeuvreer. Zaitsev variant Deze variant is genoemd naar Igor Zaitsev, de trainer van Anatoly Karpov. Het is een favoriet van Karpov en nog steeds één van de belangrijkste varianten van het Spaans. Een nadeel is dat wit op remise door zetherhaling kan spelen met 10.d4 Te8 11.Pg5 Tf8 12.Pf3. Zaitsev variant Zwart voorkomt 12.Pf1 omdat hij na 12... exd4 13.cxd4 de pion op e4 kan winnen. Bovendien heeft 12.Pg5 geen zin meer vanwege 12... Te7. Wit wil ruimte winnen op de damevleugel. Na 20... Bxc4 21.Lxc4 Ld7 22.b5 heeft wit een plezierig spel op de damevleugel. Met de tekstzet begint zwart een aanval op de koningsvleugel. Indien wit het pionoffer aanneemt, worden alle zwarte stukken bij de aanval betrokken en heeft zwart meer dan voldoende compensatie. Wit offert een pion zodat zijn koning veiliger komt te staan. De pion op h3 voorkomt dat zwart daar een stuk kan plaatsen. M. Adams - A. Grischuk (Wijk aan Zee 2002) 25... Pe7 |