|
|
|
Siciliaans Deze zet werd in de 17e eeuw o.a. gespeeld door de Siciliaanse priester Don Pietro Carrera en dit was voor de Britse schaker Jacob Henry Sarratt de reden om deze verdediging het Siciliaans te noemen. Deze zet werd al in 1594 behandeld door Giulio Polerio in zijn boek over het schaken. Het Siciliaans is de populairste opening, waarschijnlijk omdat zwart al direct de stelling uit evenwicht brengt en daardoor vanaf de eerste zet op winst kan spelen. Draak In de Draak plaatst zwart zijn loper op de a1-h8 diagonaal. Het is één van de scherpste openingen, niet alleen van het Siciliaans, maar van alle openingen. Het dankt zijn naam aan zijn gelijkenis met het sterrenbeeld Draak. Joegoslavische aanval De Joegoslavische aanval verscheen voor het eerst op het bord in de partij Vsevolod Rauzer - Vitaly Chekhover (Leningrad 1936). Na deze partij verscheen er een ware theoretische revolutie van de Draak. Natuurlijk niet 6... Pg4?? vanwege 7.Lb5 en wit wint een stuk. Zwart is klaar om 9... d5 te spelen. Wit kan dit voorkomen met 9.Lc4 of 9.g4 of hij kan het negeren met 9.0-0-0. Wit laat 9.Lc4 achterwege voor een snellere aanval. De thematische zet in de Joegoslavische aanval. Lang werd gedacht dat zwart met deze zet gemakkelijk gelijkspel krijgt. Echter nieuwe ontwikkelingen voor zowel wit als zwart maakt deze variant zeer levendig. Zwart offert een kwaliteit voor controle over de zwarte velden maar slechts zelden neemt wit dit offer aan. Van deze stelling verscheen een overzichtsartikel in New In Chess jaarboek 19. A. Sokolov - Ljubojevic (Belfort 1988) |