|
|
|
|
1.
e4
e5
2.
Pf3
Pc6
3.
Lb5
Spaans
Het Spaans is genoemd naar de Spaanse priester Ruy López de Segura. Hij maakte in 1561 een schematische studie van schaakopeningen in zijn boek "Libro del Ajedrez". Daarvoor werd deze opening al behandeld in het Göttingen manuscript van rond 1490. Pas halverwege de 19e eeuw werd het Spaans populair dankzij Carl Jaenisch.
3...
a6
Deze zet wordt het meest gespeeld. Zwart wil de witte loper op b5 wegjagen.
4.
La4
Pf6
5.
0-0
b5
6.
Lb3
Lc5
Nieuwe Arkhangelsk verdediging
Nadat Vladislav Tkachiev met deze zet in zijn partij tegen Viktor Bologan in Tilburg in 1994 een comfortabele stelling kreeg, werd het door verschillende spelers getest tijdens de Olympiade in Moskou in 1994 en in Wijk aan Zee in 1995. Zwart wil zich nog niet vastleggen waar de wit-veldige loper naar toe gaat. Over deze stelling is een survey verschenen in New In Chess jaarboek 35.
7.
c3
d6
Afhankelijk van de omstandigheden kan de loper op c8 naar b7 of g4. Omdat wit nog geen Te1 heeft gespeeld, kan hij direct druk uitoefenen op de damevleugel met 8.a4.
8.
d4
Lb6
9.
h3
Lb7
10.
Te1
0-0
11.
a4
h6
12.
d5
Pe7
13.
axb5
axb5
14.
Txa8
Zwart heeft hier de keus uit: |
| |
|