|
|
|
|
1.
d4
Pf6
2.
c4
e6
3.
Pc3
Lb4
Nimzo-Indisch
Het Nimzo-Indisch werd in 1914 geïntroduceerd door Aron Nimzowitsch. In tegenstelling tot de meeste Indische openingen is er geen directe fianchetto. Met de tekstzet voorkomt zwart e2-e4 en wil hij wit een dubbelpion bezorgen.
4.
Dc2
Capablanca variant
Deze variant is genoemd naar Jose Raoul Capablanca die het regelmatig speelde sinds het einde van de jaren 20 van de 20e eeuw. Echter werd het al in 1915 door Alexander Alekhine gespeeld. De Capablanca variant wordt ook wel de Klassieke variant genoemd en was tot de jaren 50 van de 20e eeuw de meest gespeelde variant van het Nimzo-Indisch. In deze variant wil wit graag het loperpaar zonder zijn pionnenstructuur aan te tasten. Het nadeel van deze zet is dat wit zijn dame minimaal twee keer moet zetten en dat de ontwikkeling van zijn koningsvleugel vertraging oploopt. Over deze stelling verscheen een artikel in New In Chess jaarboek 13.
4...
d5
In de jaren 40 van de 20e eeuw werd deze zet als beste beschouwd nadat Mikhail Botvinnik met deze opening een beroemde partij tegen Paul Keres won. Echter nadat Gary Kasparov verbeteringen voor wit vond werd 4... d5 steeds minder gespeeld. Over deze stelling verscheen een artikel in New In Chess jaarboek 15.
5.
cxd5
exd5
De meest stijdlustige voortzetting.
6.
Lg5
h6
7.
Lh4
c5
Riskant, maar in deze variant moet zwart actief spelen.
8.
dxc5
g5
9.
Lg3
Pe4
10.
e3
Da5
11.
Pge2
Lf5
Wit heeft hier de keus uit: |
| |
|