|
|
|
Grünfeld-Indisch Hoewel de Indische speler Moheschunder Bannerjee deze opening al in 1855 tegen John Cochrane speelde, is de opening vernoemd naar Ernst Grünfeld die de opening speelde in Wenen in 1922. Deze opening werd o.a. door Vasily Smyslov, Viktor Korchnoi, Bobby Fischer, Garry Kasparov en Vladimir Kramnik gespeeld. Zwart tast al meteen het witte centrum aan. Ruilvariant Wit heeft een imposante uitziend centrum en na de hoofdvariant 5... Pxc3 6.bxc3 wordt het alleen maar verstrekt. Zwart valt normaal het centrum aan met c5 en Lg7. Deze voortzetting werd al in 1924 door Alexander Alekhine voorgesteld, maar het werd pas in de jaren 30 van de 20e eeuw voor het eerst gespeeld. Het paard is op e2 minder actief dan op f3, maar wit hoeft zich nu geen zorgen te maken om Lg4. Smyslov variant Deze variant is genoemd naar Vasily Smyslov, die deze variant in 1959 speelde tegen Svetozar Gligoric. Grigory Levenfish speelde deze zet al in 1939 en in 1966 en 1970 speelden Bobby Fischer deze variant tegen Boris Spassky. Een nadeel van deze variant is dat de pion op f7 verzwakt wordt. Een idee uit de jaren 70 van de 20e eeuw. De zwarte stukken zijn slecht ontwikkeld, vooral de loper op c8 heeft geen goed veld. Wit heeft een sterke aanval op de pion op f7. |