|
|
|
Sokolsky Deze opening is genoemd naar de Rus Alexei Pavlovich Sokolsky die in 1963 een monografie over deze opening schreef. De opening werd in 1924 door Savielly Tartakower ook wel spottend de Orang Oetan genoemd. De opening wordt slechts zeer zelden op het hoogste niveau gespeeld. Het idee van wit is om zo snel mogelijk druk uit te oefenen op het centrum door met b4-b5 het paard op c6 weg te jagen. De Sokolsky levert wit echter niet veel op en is daarom alleen als verrassingswapen geschikt. De meest gespeelde voortzetting. Het is altijd de vraag of zwart zijn centrumpion moet ruilen voor een flankpion, maar zijn stukken kunnen vrij ontwikkelen en hij kan later gebruik maken van de halfopen e-lijn. Wit wil zijn koningsvleugel ontwikkelen met 5.e3, 6.Le2 en 7.0-0. Met c2-c4 hoopt hij om de witte velden in het centrum te strijden. Zwart wil de controle over het centrum en hij ontwikkelt zijn stukken daar naar toe. Aangezien hij een betere pionnenstructuur heeft, kan hij de stelling vereenvoudigen om zo in het eindspel te belanden. Wit daarentegen moet de zwarte koningsvleugel aanvallen, aangezien hij een loper op de a1-h8 diagonaal heeft. Anders domineert zwart het centrum. Zwart staat al beter. Hij heeft druk in het centrum, terwijl wits plannen op de koningsvleugel nog van de grond moeten komen.
|