|
|
|
|
1.
e4
c5
Siciliaans
Deze zet werd in de 17e eeuw o.a. gespeeld door de Siciliaanse priester Don Pietro Carrera en dit was voor de Britse schaker Jacob Henry Sarratt de reden om deze verdediging het Siciliaans te noemen. Deze zet werd al in 1594 behandeld door Giulio Polerio in zijn boek over het schaken. Het Siciliaans is de populairste opening, waarschijnlijk omdat zwart al direct de stelling uit evenwicht brengt en daardoor vanaf de eerste zet op winst kan spelen.
2.
Pf3
Pc6
3.
d4
cxd4
4.
Pxd4
g6
Versnelde draak
De Versnelde draak is één van de oudste varianten van het Siciliaans, het werd voor het eerst in 1851 in Londen gespeeld. In tegenstelling tot de normale Draak speelt zwart geen d6, zodat hij later een tempo kan winnen door direct d5 te spelen. Wit kan nu verder gaan met ontwikkelen met 5.Pc3, of hij kan een Maroczy Bind opzetten met 5.c4.
5.
Pc3
Deze zet levert zwart weinig problemen op. Zwart kan nu kiezen om verder te gaan met een normale Draak, of hij kan direct d7-d5 spelen zonder dat hij een tempo verliest met d7-d6.
5...
Lg7
6.
Le3
Pf6
Wit moet hier zorgvuldig spelen. Zwart dreigt direct d7-d5 waarmee hij de stelling opent.
7.
Lc4
De meest agressieve voortzetting. Wit wil lang rokeren en vervolgens met zijn pionnen op de koningsvleugel gaan lopen of op zeker spelen met h2-h3 en kort rokeren.
7...
0-0
8.
Lb3
Zwart heeft hier de keus uit: |
| |
|