|
|
|
Tot 1920 dacht men dat dit de enige goede zet was. Het damegambiet is één van de oudst bekende openingen. Luis Ramoirez de Lucena beschreef het al in 1497 en het wordt in het Göttingen manuscript vermeld. Echter pas sinds 1873 wordt het damegambiet regelmatig gespeeld. In de match om het wereldkampioenschap tussen Jose Raul Capablanca en Alexander Alekhine in 1927 verscheen het in 32 van de 34 partijen op het bord. Geweigerd damegambiet Zwart kan op verschillende manieren het Damegambiet weigeren, maar alleen deze zet draagt de naam Geweigerd damegambiet. Zwart krijgt een solide stelling en hij maakt meteen de weg vrij voor zijn loper op f8, hoewel de loper op c8 nu ingesloten wordt. Wit verhoogt de druk op de zwarte stelling en tevens bereidt hij e2-e3 voor. Zwart wil Lb4 spelen. Cambridge Springs verdediging De Cambridge Springs verdediging dankt zijn naam aan het beroemde toernooi in Cambridge Springs in 1904, waar het verschillende keren gespeeld werd. De variant is populair onder amateurs omdat er verschillende vallen zijn waar wit kan intrappen. In 1984 speelde Vasily Smyslov het vier keer in zijn kandidatenmatch tegen Garry Kasparov. Deze zet is minder ambitieus dan 7.cxd5, maar veiliger. Wit heft de penning van zijn paard op c3 op, hij verhoogt de controle over veld e4 en hij kan op c4 terugnemen met het paard. Een nadeel is dat zijn loper op g5 nu ongedekt staat en dat hij de controle over het veld e5 heeft opgegeven zodat zwart e6-e5 kan spelen. Het beste. Wit negeert het pionoffer. |