Een paar weken geleden werd ik gebeld tijdens het uitzieken van een griepje. Mijn echtgenote kwam met het toestel naar mijn bed en zei: "Er is ene Fleuren aan de lijn." "Oh," zei ik, "dat kan niemand anders zijn dan Jan Fleuren." En dat was ook zo. Ik had deze oud-SMB-er al vele jaren niet meer gesproken. Zo'n 15 jaar geleden moet het geweest zijn dat ik hem wel eens tegenkwam in de bibliotheek van Zwanenveld. Zijn vraag betrof: Heb jij het telefoonnummer van Verdenius? Nee Jan, die is al een hele tijd geleden overleden. Daarna volgden nog namen als die van Gerard van Pelt, Theo Wissink, Evert Niessen en anderen.
Een paar dagen later bleken er weer een paar telefoontjes van Jan binnengekomen te zijn die op het antwoordapparaat terecht gekomen waren. Hij vertelde dat hij binnenkort naar de "andere wereld" ging en dat ie nog wat schaakboeken had, waar hij van af wilde. Een anoniem nummer, dus terugbellen kon ik niet. Maar gelukkig had hij een adres ingesproken.
Het viel nog niet mee om daar binnen te komen. Men was in die buurt bezig met het "opknappen" van woningen. Gelukkig was één van zijn dochters aanwezig om me naar binnen te loodsen. En daar zat Jan! Met zijn nog steeds vrolijke lach en een relativerende grijns: 91 jaar en nog altijd zelfstandig en goed bij de tijd. Achter zijn computer met in het midden van het bureaublad een foto van zijn 6 jaar geleden overleden vrouw. Snel de website van SMB aangetikt met alle nieuwsberichten. Hij hield alles nog goed bij. (Bericht voor onze webmaster Eric de Ridder: je zet alle nieuws er niet voor niks op. Bedankt namens Jan!)
Hij had alle partijen van veel grootmeesters verzameld. "De volgende keer moet je een stickie (geen hash) meenemen dan laad ik ze wel over." "Zal ik doen, Jan." "Kom," zei hij, "we gaan naar boven naar de boeken." "Kijk uit op de trap," riep zijn bezorgde dochter nog.
Een slechte schaker was Jan zeker niet: bij het 150 jarig bestaan van SMB speelde hij remise tegen Friso Nijboer bij diens simultaanseance in het Triavium. En de keren dat ik tegen hem gespeeld heb waren voor mij ook geen pretje.
Hij vertelde me nog een aardige anecdote. Het moet in de 70-er jaren geweest zijn dat hij een keer zijn schoonzoon - totaal geen schaker, maar wel voorzien van een zwarte haardos en een zwarte snor - meenam naar de club. Bij het betreden van de speelzaal ging een donderend applaus op. Verbaasd vroeg Jan wat er aan de hand was: het bleek dat die avond grootmeester Gligoric bij SMB een simultaan zou geven. De SMB-ers dachten: daar is ie, een zwarte haardos en een zwarte snor. Daar kan geen misverstand over bestaan, welkom Grootmeester Gligoric.
Henny Goverde
|
|