|
|
|
|
Verslag 2e speeldag van het KNSB AB-team
donderdag 18 oktober 2007 |
|
|
|
Afgelopen donderdag vroeg Bram v/d Berg aan mij of ik in wilde vallen bij het AB team. Martine was afwezig en een invaller was gewenst. Nadat bleek dat jeugdvoetbalteam dat ik train geen wedstrijd had, heb ik toegezegd mee te doen. Vanaf dat moment begon eigenlijk de ellende om het zo maar even te zeggen. Bram wist mij te vertellen dat we om 10.00 moesten beginnen in Baarn, maar vergat daarbij te vertellen dat we met de trein moesten. Dit hield in dat we al om 7.30 de trein op station Dukenburg moesten hebben. De wekker liep al om half 7 af. Toen ik samen met Roy richting het station fietste, waren we aan het bedenken wanneer we voor het laatst zo vroeg waren opgestaan. Bij allebei ging dat toch om meer dan een jaar. Eenmaal op het station, waar Dennis ons al stond op te wachten, vertrok de trein uiteraard een paar minuten te laat. Toen we eenmaal op het CS van Nijmegen waren, dachten we alledrie dat we onze aansluiting naar Arnhem hadden gemist. Dit bleek niet het geval, maar nog iets veel ergers was dat de “speaker” het volgende wist te vermelden: “Wegens werkzaamheden rijden er tussen Arnhem en Utrecht geen treinen maar bussen”. Zucht, steun en kreun noemen ze geloof ik de geluiden die we produceerden. Op hoop van zegen toch maar de intercity naar Arnhem genomen. Nog nooit ben ik met de trein uitgestapt in Arnhem, maar er zat nu niets anders op. Toen we na lang zoeken de bus hadden gevonden, begon deze ook nog eens eerst aan rondje sightseeing over vijandelijk grondgebied. Vanaf dat moment wisten we dat het met deze dag nooit meer echt goed kon komen, net zoals dat de starttijd van 10 uur niet meer haalbaar zou zijn.
Nadat we in Ede-Wageningen waren overgestapt op een andere bus, arriveerden we uiteindelijk pas om kwart voor tien in Utrecht. En zoals de dag al deed vermoeden, misten we onze trein op een minuut. Pas een kwartier later vertrok de volgende trein naar Amersfoort, maar niet voordat een Surinaamse vrouw ons had gevraagd of ze op het goede perron was voor de trein naar Almere. De bordjes gaven toch echt aan dat daar de ICE naar Frankfurt zou vertrekken. Zowel Roy als ik overwogen te bevestigen dat ze goed zat, maar Dennis dacht daar anders over. Ook op de vraag waar ze dan moest zijn was Dennis ons voor. Hij vertelde haar dat we dat niet wisten, terwijl zowel Roy als ik een antwoord in gedachten hadden dat haar naar perron 187 had moeten leiden. Of ze uiteindelijk de goede trein heeft gevonden weten we niet, maar we denken dat ze ergens bij Köln uit de trein is geschopt omdat ze niet in bezit was van ticket naar Frankfurt.
De vertraging in Utrecht had helaas tot gevolg dat we ook onze aansluiting in Amersfoort misten, waardoor we gedoemd waren om 20 minuten lang rond te dwalen over het miserabele station van Amersfoort, waar we de verleiding moesten weerstaan om niet nu al ons ‘verdriet’ weg te eten bij de plaatselijke Burger King. Uiteindelijk wisten we de tijd te doden door vooral te grapjes te maken over het zogenaamde perronsprinten. Roy had bij Jensen gezien hoe dat moest. Je wacht totdat er iemand langs komt met haast. Die sprint je voorbij, waarna je trein inspringt om de deuren te sluiten. Als die ander even teveel nadenkt over wat hem/haar overkomt, mist die persoon de trein. Erg vermakelijk om te doen, niet als je het overkomt. We overwogen allemaal om het ook even te doen, toen een wel heel opdringerige vrouw ons half aan de kant duwde op de roltrap, maar om verdere vertragingen te verkomen besloten we het te laten voor wat het was. Uiteindelijk wisten we toch Baarn te bereiken, waarna we met een korte sprint zoveel mogelijk de verloren tijd probeerden te beperken. Ineens werd ik er ook weer aan herinnerd dat het mijn conditie toch wel heel erg slecht gesteld is. Baarn wordt door wikipedia als stad gezien, maar gelukkig is het ben je er met een scheet en een zucht doorheen waardoor we snel bij wijkcentrum ’T Brandpunt waren.
Bram was wel op tijd in Baarn en hij was allang bezig met zijn partij. Met een snelle blik dacht ik te zien dat hij redelijk goed stond met twee torens en een paard tegen een toren en twee lopers. Helaas hadden zowel Roy, Dennis als ik nog maar ongeveer 43 minuten over om minimaal 35 zetten te doen. Een hels karwei op dit hoge niveau. Het was ook vooral jammer omdat onze tegenstander, Spijkenisse 1, niet tot de sterkste gerekend kan worden.
Dan over naar wat schaaktechnische details. Bram wist zijn overwicht tegen Tony Zhang niet om te zetten in punten. Hij verloor nadat Tony wel erg veel vrijpionnen had. Zelf verklaarde Bram na afloop gewoon dat hij niet kan schaken. De meningen verschillen daarover, maar als hij het zelf zegt geloof ik hem maar. Roy werd ondertussen onder tijdsdruk langzaamaan van het bord gedrukt door Mitchell de Ruijsscher, waardoor het al snel 0-2 was. Ook ik had tijdsproblemen. Ik speelde niet slecht tegen mijn toch betere tegenstander Dick Groenendijk, maar met de weinige tijd die ik had aan het einde van het middenspel is een rekenfoutje snel gemaakt. Nadat Dick twee pionnen van mij wist te winnen en al ver was doorgedrongen op mijn territorium zag ik de heil er snel niet meer in en was de nederlaag al snel een feit. Dennis leek erg lang te gaan winnen tegen Bjorn Verstraate met een Dame en loper tegen twee torens. Helaas moest Dennis zijn loper offereren, waarna beide spelers in flinke tijdnood kwamen in het eindspel. Terwijl alle partijen al waren afgelopen, wist Dennis nog wel twee minuten te claimen nadat zijn tegenstander een penning over het hoofd zag. Het was helaas niet voldoende om te winnen, alhoewel een korte analyse liet zien dat er waarschijnlijk meer inzat dan de remise van nu.
De tweede ronde moesten we aantreden tegen Chesscool 1, op het eerste oogpunt ook niet een van de sterkste tegenstanders. Zelf speelde ik tegen Tim Roosink, maar blunders in de zetten 19 en 20 zorgen ervoor dat ik ongeveer als eerste in de zaal mijn spullen kon pakken. Een remise had er zeker ingezeten, maar nu bleef er niet meer over een alweer een nulletje. Het gaf mij wel de gelegenheid eerder te beginnen aan de terugreis naar Nijmegen, aangezien ik om 19.00 moest werken. Voordat ik stilletjes vertrok (gelukkig niet door de welbekende achterdeur), wierp ik nog een snelle blik op het borden mijn teamgenoten. Dennis leek goed te staan, en hij had al bijna een uur tijdsvoorsprong op zijn tegenstander. Roy stond naar mijn idee onder druk, ondanks dat hij op prachtige wijze de toren van de tegenstander wist in te sluiten met een paardoffer. Brams stelling was mijn weinige kennis van het schaakspel niet te analyseren voor mij. Gelukkig mailde Bram mij nog een stukje over de tweede ronde:
“Dennis won (meen ik) een kwal of een stuk in de eindstelling, en daarom gaf zijn tegenstander op. Roy speelde ergens Txc3 in zijn geliefde draak. Ogenschijnlijk stond hij onder druk in het dameloze middenspel, maar hij hield het uiteindelijk binnen de marge.
Tsja, mijn partij. In een egelstellinkje met wit dat ik geniaal aan het uitmelken meende te zijn, maakte ik een rekenfout, waardoor ik gedwongen werd om het eindspel toren, paard en loper tegen dame en paard, met ieder 6 pionnen te verdedigen. Mijn loper werd geruild voor zijn paard, en ik wist een soort van vestinkje met mijn toren en paard op te bouwen, waardoor mijn tegenstander, een beetje bang geworden, remise aanbood. Roy had gelijk toen hij zei dat het nog steeds waarschijnlijk wel gewonnen is in de eindstelling, maar het was wel heel apart dat hij in de analyse alleen maar verliespogingen vond voor de dame.”
De terugreis naar Nijmegen was voor mij weer een reis die erg lang duurde. Na de problemen op de heenreis besloot ik in Utrecht de intercity naar Den Bosch te nemen, maar deze zat zo stampvol dat er niet veel meer overbleef dan een zitplaatsje op de beugel van de deur. En zoals geheel in de stijl van de dag was de trein 6 minuten te laat in Den Bosch waardoor ongeveer 150 mensen de intercity naar Nijmegen op 10 seconden miste. Het was wachten op de stoptrein naar Nijmegen Dukenburg, vanwaar ik met de fiets naar mijn werk ben gegaan. Mocht er een nieuwe gelegenheid zijn om in te vallen, zal ik zeker geen nee zeggen. Hopelijk gaan we dan wel met de auto en niet met het drama dat OV heet.
Roel
|
|
| |
|
|