SMB 2 mist scherpte in Groesbeek

zaterdag 23 november 2013
PION 2 (1810) - SMB 2 (1742) 5-3
Mattanja de Jonge (1859) - Pieter van Groenestijn (1885) 0-1
Michel Auwens (1878) - Hans van Leeuwen (1713) 1-0
Wim Gielen (1808) - Huub Jansen (1748) 1-0
Arno Arents (1856) - Peter van den Berg (1701) ½-½
John Molenaar (1839) - Eric de Ridder (1736) ½-½
Jack Janssen (1776) - Guus Alberts (1726) 1-0
Ronald Zollinger (1759) - Rolf van Geel (1740) 1-0
Jo de Valk (1704) - Valentijn Phijffer (1691) 0-1

Vrijdagavond 15 november reisde SMB 2 naar Groesbeek voor de tweede ronde van de OSBO-competitie in klasse 1B. Valentijn en Peter waren er niet bij omdat zij hun partij vooruit hadden gespeeld. Omdat Valentijn had gewonnen en Peter remise had gespeeld, hadden we goede hoop op één of misschien zelfs twee matchpunten. Dit lukte echter helaas niet en we verloren met 5-3. Nu al is duidelijk dat SMB 2 alles uit de kast zal moeten halen om in klasse 1B te blijven. Er is echter nog tijd om ons te herpakken en punten te gaan scoren. Laten we daarmee bij de volgende wedstrijd (op 12 december, tegen Rokade) beginnen!


Pieter van Groenestijn viel in op bord 1. Pieter over zijn partij: "Hoewel ik niet de verwachte tegenstander kreeg, werd ik aangenaam verrast met een voorbereide opening. Het is natuurlijk lekker spelen als je de eerste 10 zetten de avond van te voren al op het bord hebt gehad. Tegenstander Mattnaja de Jonge, ooit begonnen bij de jeugd van SMB, bleek niet van de details van de zijvariant op de hoogte. Na 13 zetten zat er dan ook al een stukwinst in de stelling en ondanks een half uur nadenken vond zwart niet de beste oplossing. De enkele summiere tegenkansen werden eenvoudig in de kiem gesmoord onder andere met een tijdelijk pionoffer. Hierna ging de stelling volledig open, werden dames geruild en besloot zwart de ongelijke strijd pas op zet 42 te staken."

Zelf verloor ik met zwart vrij kansloos aan bord 2 tegen Michel Auwens. Soms heb je je avond niet. De partij leverde niettemin een leerzaam moment op. Wit heeft zojuist 8.Db3 gespeeld. Ik speelde hier, veel te passief, 8... Tb8?, een zet die me een pion zou kosten. Geboden was hier 8... Pa5, om de dame van de diagonaal g8/a2 af te krijgen. Na bijvoorbeeld 9.Da4 heeft zwart 9... c6 en het paard is gedekt. Die pion ging als volgt via een tamelijk eenvoudige combinatie verloren: 8... Tb8? 9.Lxe4 dxe4 10.Pg5 e6 11.Pxe4.

Huub Jansen kon op bord 3 zijn sterke reeks in voorbije externe partijen niet voortzetten. Al vrij vroeg in de partij kwam hij in de problemen. Goede raad van zijn teamgenoot aan bord 2 wegwuivend ten faveure van inzichten van Aronian, trok Huub belangrijke lessen uit zijn partij: "Met wit tegen Wim Gielen betekent een gevecht in het Hollands, hij koos de Leningrader opstelling met een gefianchetteerde loper op de koningsvleugel. Dit had ik thuis bekeken en ja hoor, na het eerste tiental zetten begreep ik de stelling en welke doelen ik diende na te streven, voornamelijk gericht op het voorkomen van de geijkte breekzet e5. Dit alles dankzij een recente partij Aronian - Carlsen waarin Carlsen in de opening weliswaar een sterke zet voor zwart had bedacht die hem beter spel opleverde, maar die vondst dichtte ik mijn tegenstander van de avond tevoren niet zo één-twee-drie toe. Dat bleek ook zo uit te komen, maar ondanks dat was er sprake van een positie in het vroege middenspel die me maar matig beviel: mijn tegenstander had druk op het witte centrum en harmoniërende stukken. Achteraf weinig aan de hand trouwens, nogal wat spoken in mijn hoofd dus. Bij de eerste de beste concrete dreiging greep ik al mis, dit gebeurt mij vaker na wat huisarbeid trouwens. Ik speelde f4 om veld f3 onder controle te houden en de geoefende schaker voelt het dan al wel aankomen: de diagonaal a7-g1 kwam open en de tegenstander reageerde onmiddellijk met Db6 met nog meer dreigingen. Pieter liet na de partij zien dat ik met het tijdelijk pionoffer c5 (om de diagonaal te sluiten en tegendreigingen tegen het zwarte centrum te creëren, een zet die ik zelf ook had overwogen maar had verworpen omdat ik nota bene iets beters meende te zien) in een gunstige afwikkeling kon geraken. In plaats daarvan dacht ik de damezet te kunnen weerleggen met een sjablonezet, een tegenaanval op de vijandelijke dame, waarin ik zelfs dubbelschaak mocht toelaten had ik 'uitgerekend', hoe oliedom. Een ernstige waarschuwing aan alle serieuze schakers, laat nooit dubbelschaak toe! De partij was ten einde, ik heb daarna nog volop kunnen genieten van de vechtlust van mijn teamgenoten."

In zijn vooruitgespeelde partij aan bord 4 had Peter van de Berg (met zwart) in het eindspel goede kansen op winst. Met zwart aan zet is deze stelling gewonnen voor zwart, maar heel eenvoudig is het niet, zeker niet als je onder tijdsdruk staat. Zwart speelde Kd6. Peter over deze zet: "Kd6?? met deze zet gooi ik de winst weg. Geboden was de pionnen op g en h te zetten waarna promotie onvermijdelijk is. Bijv. 57... g5 58.Kc4 h4 59.Kd3 g4 60.hxg4 (60.Ke2 g3 61.Ke1 Kd6) 60... h3 58.Kc4 g5 59.Kd4 g4 enz. De winst was uit te rekenen maar daar heb je tijd voor nodig. Aangezien ik die niet zo veel meer had dacht ik met Kd6 niks te bederven. Vervolgens gebeurde er wat vreemds. De enige zet voor wit was Kc4. Alleen wit bleef ontspannen kijken zonder een zet te doen. Ik keek naar de ook aanwezige Huub Jansen, die zorgelijk keek, maar ik begreep niet waarom. Vervolgens keek ik hoeveel tijd mijn tegenstander nog had, en toen bleek mijn klok te lopen. Met nog 13 seconden drukte ik deze geschrokken in waarna we tot remise besloten."

Eric scoorde een mooi half punt aan bord 5 in een naar eigen zeggen weinig opzienbarende partij: "Het evenwicht is nooit verbroken geweest (ik heb het gecheckt met Fritz). Het eindspel leek lastig voor mij, maar ik heb het eenvoudig remise gehouden (Fritz gaf de laatste 10 zetten steeds als beoordeling 0,00)."

Guus, aan bord 6, meende na een vijftiental zetten wel ongestraft enkele pionnetjes te kunnen meepakken maar kreeg de deksel op zijn neus. In tijdnood speelde Guus (zwart) hier 19... Pc4? Na 20.Pxg6! fxg6 21.Dxg6 ging hij mat.

Rolf over zijn partij aan bord 7: "Ik speelde met wit een Pirc tegen Ronald Zollinger. De zetten uit het openingenboekje wist ik nog wel te reproduceren, maar toen zwart afweek met een ogenschijnlijk afwachtende paardzet (Pf6-e8), raakte ik al snel het spoor bijster. Ik verzwakte mijn koningsstelling (eerst h2-h3 en daarna h3-h4, ach wat maakt een tempo uit), daarna ruilde ik mijn witte loper tegen een paard en opende 'en passant' de lijnen naar mijn koning. Om te voorkomen dat ik ook maar enig tegenspel zou kunnen ontwikkelen, sloot ikzelf ook maar het centrum af. Mijn tegenstander dirigeerde daarna rustig zijn stukken naar de witte koning. De juiste verdediging kon ik niet meer vinden achter het bord. Gelukkig gaf Pieter van Groenestijn na afloop nog wat tips om mijn middenspel te verbeteren."

Valentijn won, tot slot, fraai met zwart aan bord 8. Wit's koning is akelig kwetsbaar. Een kolfje naar de hand van Valentijn. "Wit ging hier voor het pionnetje op b4. Na 31... d4 is het totaal uit." De partij ging als volgt verder: 32.Pd2 Pxg4 33.Kg1 Pe3 34.Te1 Dg6 35.Kh1 Dxc2 35.Pe4 Lh5 en wit geeft op.